Lumin upgrade van D3 naar P1 mini zinvol?

Lumin P1 Mini en D3 in vergelijk:  Is groter ook beter?

Vandaag wagen we de oren aan een vergelijk tussen twee Lumin netwerkspelers, beiden voorzien van volledige functionaliteit met in zowel analoge als digitale uitgangen. Spelers die beiden de nieuwste generatie vormen in hun eigen klasse van Lumin spelers. Geschikt voor het afspelen van vrijwel alle denkbare formaten van files, werkend met een eigen Lumin App die ondertussen behoort tot de beste Apps die je kunt vinden en daarin volledige ondersteuning geven aan Roon software. Spelers met veel instelmogelijkheden, een eigen volumeregeling aan boord hebben en desnoods als speler/voorversterker ingezet kunnen worden.

Een vergelijk tussen twee spelers in een verschillende prijsklasse, dat klinkt oneerlijk, dat is het ook. Vooraf kan en durf ik wel te verklappen dat de duurste van de twee ook de winnaar is in de competitie. De vraag die ik hoop te mogen beantwoorden, is waarom de duurdere speler de boventoon voert. Omdat er meer opties zijn? Omdat hij fysiek groter is? Of speelt de duurste zijn muziek ook wat beter af? Laten we beginnen de verschillen naast elkaar te zetten en dan muziek te gaan spelen.

Een aluminium D3

Nieuw met de komst van de Lumin D3 is de geheel uit aluminium vervaardigde behuizing, welke zijdezacht aanvoelt door de coating. Wat minder gevoelig is voor vette vingers. Uitgevoerd in zwart of in aluminiumkleur. Gebleven is een kap die ver over de aansluitingen heen valt, waardoor XLR en ethernet kabels erg lastig los te halen zijn zoals ik ga merken. Op de voorzijde centraal geplaatst een alfanumerieke display met onder meer informatie over track, volume en album. Tevergeefs zult u zoeken naar knopjes, er is er maar één aan de achterzijde, die voor aan/uit. Op de achterzijde ingangen voor USB opslag en ethernet, uitgangen digitaal via BNC, analoog met zowel RCA als XLR. De Lumin D3 staat op goede maar te gladde voetjes. Het kastje zelf meet 300 x 244 x 60mm en weegt een bescheiden 2.5kg.

Intern vinden we een nieuwe en krachtige processor voor streams met een sample rate tot PCM 384kHz en DSD256. Elk formaat is naar keuze om te zetten tot een lagere of hogere waarde, naar uw wensen en voorkeuren. Voor streamen is Tidal Connect beschikbaar gekomen. Lumin heeft voor de D3 gekeken naar het topmodel X1 en daarvan wat technologie gepikt rondom een Sabre ESS ES9028PRO dac chip. Gebleven in de D3 is het gebalanceerde, analoge circuit, nu aangevuld met een analoge buffer. Een door LEEDH ontwikkelde elektronische volumeregeling maakt dat een D3 direct aangesloten kan worden op een eindversterker, zonder dat de volumeregeling verlies geeft of de weergave beïnvloed. Een Lumin D3 kan met veel streams overweg: Tidal Connect, Airplay 2, is Roon Ready, Spotify Connect, heeft volledige MQA ondersteuning, verder het gewone Tidal, Qobuz, Plex en TuneIn voor internetradio. Het protocol voor het spelen van lokaal in allerlei formaten opgeslagen files is UPnP.

Niet onvermeld mag blijven dat een Lumin D3 te upgraden is met een Sbooster voeding. De ombouw van interne, schakelende voeding naar een Sbooster lineaire voeding is eenvoudig door Lexicom Multimedia uit te voeren. Een speciaal daarvoor ontwikkelt kitje vervangt de 230V net entree door een Sbooster connector. Een waardige upgrade om een D3 (of een D2) een serieus stapje omhoog te brengen in muziekweergave. Uw garantie blijft gewoon geldig na ombouw door Lexicom Multimedia.

De grotere P1 Mini

Een Lumin P1 Mini heeft veel overeenkomsten met de kleinere D3, is echter veel uitgebreider. Qua ingangen zien we naast USB voor opslag twee extra USB poorten, een RJ/45 en een glasvezel ethernetpoort, ineens ook een analoge ingang, voor digitaal coax en optisch ingangen, zelfs HDMI met HDR, Dolby Vision, Dolby Atmos en DTS passthrough support. Geaccepteerde streams mogen nu DSS512 en PCM 384 zijn, al zult u dergelijke hoge waardes zelden aantreffen in uw muziekbibliotheek. Gebleven zijn voor analoog uitgangen, gebalanceerd via XLR en RCA voor ongebalanceerd. De kap steekt een stuk minder ver uit, dus wisselen van kabels gaat een heel stuk gemakkelijker.

Uiteraard is de P1 Mini in basis net zo functioneel als een D3, maar verbergt onder de kap een dubbel uitgevoerde ES9028PRO dac chip en twee Femto klokken met een FPGA geregelde distributie. In plaats gekomen van de twee precisie klokken in de D3. Een P1 Mini heeft bovendien een wezenlijk betere voeding met een ringkern transformator, lineair in plaats van schakelend. Op de voorzijde van de P1 Mini zit een volume regelaar en een bronkeuze. Zo is een P1 Mini veel meer geschikt als netwerkspeler en tegelijk als dac en als voorversterker dan een D3. Dat alles maakt de P1 Mini fysiek groter, 400 x 314 x 77 mm en hij weegt ineens 7 kilo. Wilt u niet lopen, geen probleem, de P1 Mini wordt standaard geleverd met een afstandsbediening. Uiteraard kunt u zowel de D3 als de P1 Mini volledig bedienen met een Lumin App, geschikt voor Android en voor iOS van Apple.

Lex stelt alles op

Vandaag gaan we spelen met Lumin D3 en Lumin P1 Mini, beiden analoog aangesloten op een Luxman L505Z geïntegreerde versterker. Er staat een paar luidsprekers klaar van Audiovector, een mooie set R3 Arreté waaraan Audiovector Freedom luidsprekerkabels hangen. Even snel op jacht naar een fraaie interlink die gemakkelijk van de D3 naar de P1 Mini te wisselen is, uiteraard ook vice versa. Ik vind in de winkel, aangesloten op een McIntosh versterker die toch uit staat, een Atlas Cable Arran interlink. Niet wetende dat dit een nogal kostbare kabel is. Ook al wilde Lex graag een XLR Tellurium Ultra Black II interlink gebruiken, omdat die beter past qua prijs bij een D3 en zelfs bij een P1 Mini, de kap van de D3 maakt snel wisselen van XLR kabels onmogelijk.

Verliefd worden

Zoekend naar de parels uit de playlist van Lexicom Multimedia, is als eerste gevonden Shirley Horn met ‘Beautiful love’. Spelen met een D3 van Lumin in de standaard uitvoering, dus zonder Sbooster optie. Eerst even een check dat de Lumin netjes op fabrieksinstellingen staat. Dan luisteren. De combinatie geeft een heldere weergave waarin de stem van Horn tot zijn recht weet te komen. Af en toe dat leuke hese in haar stem, zonder te gaan overdrijven. Een naar achteren gezette gitaar zit lager in het stereobeeld dan de op mond hoogte gezette stem van Horn. Met halverwege de track en tegen het einde een toegevoegde mondharmonica, ook alweer op de juiste hoogte gebracht, daarmee vrij zwevend in de ruimte voor mij. Alle muziek komt sowieso heel vrij van de weergevers de ruimte in, met een goede benutting van hoogte in het stereobeeld. Vooral met veel gemak, heel natuurlijk klinkend en figuurlijk dicht bij de luisteraar gebracht. Er is in de opname gerommeld qua plaatsing, want tegen het einde van de track schuift Horn naar achteren en komt de gitaar ineens naar voren. Dat alles is heel duidelijk te horen.

Dezelfde track op een P1 Mini is stiller op de achtergrond. Houdt de heesheid wat beter in de hand. Klinkt minder scherp, al kan je de D3 niet betichten van echte scherpte. Het is vooral het ontbreken van enig geluid achter de stem, gitaar of mondharmonica dat zorgt dat muziek nog een stuk beter weet los te komen van de weergevers. Iets dat vanaf de eerste paar noten al meteen duidelijk is. Ik weet uit herinnering welke stap te zetten is door een Sbooster als voeding te gaan gebruiken op een Lumin D3, maar daarmee zet je niet deze stap. Het is de interne inzet van één dac chip voor twee kanalen in een D3 of één per kanaal in een P1 Mini die het veroorzaakt. Luister eens goed naar de mondharmonica, hoe die zweeft in een zwarte ruimte, let goed op de stem van Horn die met de P1 Mini lieflijker is, vriendelijker en zachter van aard. De boodschap in het nummer is mooie liefde waar breng je mij heen, dat is precies wat de P1 Mini beter overbrengt dan zijn lager geprijsde broertje.

‘The curse’ gezongen door Agnes Obel start als eerste op de P1 Mini, wederom in een stereobeeld met veel diepte en vrijheid. Niet te herleiden naar de twee aanwezige luidsprekers. Audiovector luidsprekers doen prima hun best aan een Luxman versterker. Mooie echo op de stem van Obel, zij gaat verderop tweestemming zingen. Extra aandacht op de cello die een zo prominente rol heeft, strak centraal in het midden gezet. Indrukwekkende muziek welke op een even zo indrukwekkende manier uit het systeem rolt.

Zodra ik de D3 inschakel mis ik de rust van de P1 Mini, merk ik dat de cello minder indruk maakt en de stem van Obel eerder naar helder gaat dan wat warmte weet vast te houden. Echo op haar stem blijft net zo duidelijk of misschien nog wel een tikje beter afgetekend. Cello verliest wat klank van de romp. Tweestemmige zang laat zich niet zo intens onderscheiden. Er zou wat meer gewicht in de weergave van de D3 mogen komen om hem net zo volwassen te maken als de P1 Mini. Met Obel is de duidelijke winnaar wederom de P1 Mini, terwijl de D3 nog altijd uitstekend staat te presteren. Het is het directe vergelijk waarin de verschillen vrij eenvoudig blootgelegd kunnen worden. Een D3 is onrustiger, rommeliger, drukker in presentatie en minder onderscheidend in instrumenten. Voor een systeem als dit is een D3 voor mijzelf te licht bevonden met Agnes Obel.

Mijn hart

Cantata “Mein Herz schwimmt im Blut’ gezongen door Griet de Geyter heeft op de D3 niets verloren aan schoonheid. Wat een geweldige stem, met een natuurlijke galm van de ruimte waarin zij is opgenomen. Stemmige begeleiding van orgel en ensemble. Helemaal niet erg om dit drie maal achter elkaar te draaien en elke nuance in gedachten te prenten. Enig verlangen is net wat extra warmte in de stem van Griet te leggen. Zou de P1 Mini daarvoor kunnen zorgen?

Ja hoor, extra warmte en vooral extra nuance in zowel het orgelspel als in de stem van Griet. Alsof ik een fiks aantal rijen naar voren ben geschoven. Het spel van het ensemble komt beter los en maakt nu een duidelijk onderscheid tussen de diverse instrumenten. Bij een tweede en derde maal spelen van dit minder dan twee minuten durende deel van het album, komen de verschillen nog wat verder en duidelijker naar voren. Zang en spel tekenen zich beter af tegen de achtergrond en hebben een meer organische klank dan met een D3. De galm van de ruimte neemt de tijd om uit te sterven. Is de D3 van Lumin een prima speler, de P1 Mini doet het in subtiliteit en natuurlijkheid gewoon beter. Wat je overigens mag verwachten gezien de meerprijs. Voor dit systeem prefereer ik wederom met voorsprong een P1 Mini.

Maar we zijn er nog niet. Een lastig stuk met hobo’s, blokfluit en strijkers op het album 2X kwartdraad. Gespeeld door La Serenissima. Ik speel het tweemaal op de opgestelde P1 Mini en kan heel goed de hoboklanken onderscheiden en vrijmaken van het blokfluitspel. Geen eenvoudige track om weer te geven. Goed breed neergezet, helder van toon zonder over de rand te schieten, levendig en transparant. Met venijnige uitschieters die een minder systeem uit de bocht doen vliegen. Ik luister naar diepte in het stereobeeld, een juiste hoogte en veel breedte. Een beeld waarin onderscheid zit tussen de instrumenten, terwijl ze als eenheid de muziek naar de luisteraar weten te brengen.

De D3 weet zich uitstekend te handhaven en laat maar een paar steekjes vallen. Wat rommeliger, wat kleiner, wat lastiger om instrumenten individueel te onderscheiden in het gekrompen stereobeeld. Maar waar ik bang voor was, te helder spelen en een te harde blokfluit door de speakers duwen, dat blijft achterwege. De echte verschillen zitten in de klank, of beter het ontbreken van dat mooie extra stukje warmte in klank wat de P1 Mini als vanzelfsprekend weet te uiten. Dat maakt het luisteren naar de D3 tot een prettig en vrijblijvend moment, terwijl een P1 Mini de aandacht zo weet vast te houden dat je nog veel meer van het album wilt horen.

XLR of RCA

Ik heb het al eerder bekend, aanvankelijk zat de Lumin D3 gebalanceerd aangesloten op de Luxman versterker met een Tellurium Ultra Black II XLR kabel. Door de overhangende kap van een D3 is het losmaken van een vastklikkende XLR kabel een ramp. Dat kostte zoveel tijd tussen het wisselen dat ik ben over gestapt op een Atlas RCA interlink. Nu we toch vastgesteld hebben dat de P1 Mini de winnaar is in deze opzet, wil ik nog wel weten wat verschillen zijn tussen RCA uit van de P1 Mini via een Atlas interlink of gebalanceerd XLR uit met Tellurium. Nogmaals Vivaldi wederom op de P1 Mini. Met RCA weet u al wat ik ervan vind. De XLR ingang maakt het stereobeeld naar elke kant één meter groter, breng extra diepte en weet het onderscheid tussen instrumenten te vergroten. Er is meer impact, het orkest groeit fysiek, wordt levendiger en alle goede eigenschappen van eerder zijn als het ware onder een vergrootglas gelegd. Een beetje lastig is dat het volume niet helemaal gelijk loopt en dus bijstelling behoeft. Dat kleurt altijd het resultaat, niet in de apparatuur, wel in het gehoor van de luisteraar. Een decibel of zelfs een halve decibel verschil kan een ervaring beïnvloeden. We moeten er maar mee leven. Wat jammer dat ik geen gebalanceerde Altas Cable Arran ter beschikking heb, dat zou nog meer plezier moeten brengen.

Youn Sun Nah mag langskomen met ‘Same girl’, best wel toepasselijk in dit verband, want niets wordt anders, behalve in/uitgang en kabel. Een opname met stem, een zeer indringende stem en een klein instrumentje dat Youn in haar handen houdt. Toch is zelfs met zo weinig al het verschil duidelijk te benoemen. XLR is opener, heeft meer ruimte, is voor zover je daarvan kunt spreken schoner. Stiller op de achtergrond. Niets dramatisch en reden om naar de winkel te hollen voor nieuwe interlinks, al zullen ze u bij Lexicom Multimedia met vreugde begroeten. Echter, als u toch eens met een P1 Mini aan de haal gaat en u heeft de kans, denk dan aan mijn woorden en pak XLR als ultieme uitgang. XLR presteert intenser, kleurrijker, groter en indrukwekkender. Dat in alles, zelfs in een zo in kleine bezetting. ‘The hours’ van Patricia Barber bewijst het nog eens, maar dan met meer instrumenten en een opgesteld koor. Ook Barber is kleurrijker met XLR. Oh wat jammer dat ik niet alleen XLR en RCA maar tegelijk het ene merk kabel afzet tegen het andere en zo een vals vergelijk overhoud. Want als ik nu nog eens terugkeer naar Atlas Cable, dan raak ik met Barber toch ook zeker opnieuw onder de indruk van de prestaties van dat Schotse kabelmerk. Zelfs al werk ik in dat geval met een ongebalanceerde verbinding.

Geen foto finish

Zelfs ik geef de moed op met kabels en uitgangen en hou het bij de constatering dat een P1 Mini van Lumin een Lumin D3 weet te verslaan. Dat is mijn overduidelijke uitkomst van de nodige uren vergelijken en luisteren. Een D3 is een prachtig apparaat, wie een stap hoger wil, kan binnen dezelfde Lumin familie een keuze maken bewijst de P1 Mini. De D3 en de P1 Mini verschillen niet zozeer in klank, immers zelfde ontwerpers, zelfde filosofie, zelfde dac chip, dus dat is niet zo wonderlijk. Een P1 Mini heeft een tikkeltje welkome extra warmte aan boord. Grootste verschillen welke ik kon constateren zitten in het stereobeeld dat bij een P1 Mini groter is in alle drie dimensies, correcter ook. Tel daarbij op de rust en stilte in de muziek waar de P1 Mini duidelijk mee wint. Met als gevolg een betere definitie, vrijer in het weergeven van details en voortvarender in behoudt van microdetails. Dat alles uit zich in langer aangehouden tonen, het intenser weergeven van de ambiance van de opnameruimte en uiteraard het verdiepen van het daarmee gepaard gaande onderscheidend in weergeven van de diverse instrumenten in een orkest opstelling. Voor het gemak vergeet ik daarbij de extra mogelijkheden die een P1 Mini geschikt maakt tot netwerkspeler, ook tot dac en zelfs tot voorversterker met zijn analoge ingang. Het is geen foto finish, de P1 Mini is een terechte winnaar.

Prijzen (2024):

Lumin P1 Mini in zwart of zilver                  €4.999,-

Lumin D3 in zwart of zilver                          €2.699,-

Sbooster + kit voor D2/D3                              €   398,-