Je moet maar durven om in een overvolle luidsprekermarkt een model neer te zetten dat duidelijk afwijkt van wat iedereen gewend is. De Focal Kanta No.2 die in München werd geïntroduceerd valt direct op tussen de vele andere merken. Zeker in de kleurstellingen die Focal aangeeft zoals Gauloise Blue of Solar Yellow, maar loop niet gelijk weg er zijn ook meer gebruikelijke afwerkingen voor de Kanta. De Kanta No.2 is een flinke luidspreker met in totaal vier units die samen een heel ruim en weldadig stereobeeld scheppen voor de luisteraar, zo prettig dat ik u graag laat kennismaken met deze nieuweling.
Modern times
Het zal velen van u niet ontgaan zijn dat Naim en Focal tot één bedrijf zijn gesmeed. Er is een uitwisseling van kennis op gang gekomen en de designs zijn uiterlijk aangepakt. Denk maar eens aan de Naim Uniti reeks waar vooral de Atom de show steelt met zijn display. Met de Kanta is het Focal die een team jonge ontwerpers heeft losgelaten op luidsprekerdesign. De Kanta No.2 is zoals opgemerkt een model met vier units, een 16,5cm middentoon unit bovenin, een 27mm beryllium tweeter eronder en twee 16,5cm woofers die parallel werken. De conussen zijn door Focal in een sandwich gevormd, deels gemaakt uit vlas, een licht en sterk materiaal met lange, holle vezels, ideaal om mee te werken en ruim verkrijgbaar van het Franse platteland. De middentoon unit heeft TMD, een suspensie systeem voor de conus dat de ongewenste resonanties dempt. Onder de basunits en aan de achterzijde zitten reflexpoorten. De baffle is bij de Kanta No.2 gebogen om een perfect fasegedrag tussen de diverse units te waarborgen. De wanden en de achterkant zijn gewoon strak. De Kanta staat op een metalen chassis dat uitsteekt en waarin de zware spikes passen. Dat chassis maakt de 112cm hoge kast stabiel, voor zover je 35kg gemakkelijk om zou kunnen gooien. Met een totale breedte van 32cm en een diepte van 48cm kun je spreken van een forse luidspreker.
Misschien wel het meest opvallend is de baffle, niet omdat hij gebogen is, maar omdat hij breder is dan de kast en als een deksel op de voorkant past. Het ziet er in eerste instantie raar uit, naarmate je went aan het uiterlijk heeft het iets aparts dat of aanspreekt of totaal niet. In dat front passen doekjes, rond voor de middentoon, ovaal voor de twee woofers, de tweeter is afgeschermd met een metalen rooster. De Kanta No.2 wordt gespecificeerd met een frequentie bereik van 35Hz tot 40Khz binnen +/- 3dB, met een -6dB punt op 29Hz, waarbij de kantelfrequenties liggen op 260 en 2700Hz. De impedantie is nominaal 8Ohm met een minimum van 3,1 Ohm, vriendelijk genoeg voor de meeste versterkers. Het rendement van 91dB met een maximale belastbaarheid van 300Watt geeft al aan dat de Kanta No.2 hard kan spelen. Ongetwijfeld komt er een Kanta No.1 (een monitor) en vast ook een Kanta No.3 die nog groter zal zijn. Deze Kanta is leverbaar in hoogglans zwart met een front in blauw, wit, zwart of geel (allen hoogglans) en in houtfineer met een front in blauw, taupe, donker grijs en ivoor (allen mat). De prijs is ongeacht de uitvoering € 3.699,- per stuk. In de Kanta zit de ontwikkeling van bijna 40 jaar JMLab/Focal, komt het uiterlijk van de Utopia en de Electra een beetje terug en is de kwaliteit van een Focal overvloedig aanwezig. Wie durft het uiterlijk aan?
Organisch
Om muziek te kunnen spelen staat de combinatie van een Naim NAC-N 272 streamer/lijnversterker met een NAP250DR eindversterker klaar. Ik gebruik de Chord Company Signature Reference luidsprekerkabels die single wire aangesloten zijn, de Kanta kent geen bi-wire. Vanaf mijn USB stick speel ik als eerste van Melody Gardot haar “Les étoiles” en wat speelt dat lekker losjes. Ik houd van de stem van deze dame, zo prachtig voorzien van alle intonaties en de kleine stembuigingen. Ze klinkt heerlijk vrolijk, neemt mij mee in haar wereld waarin kennelijk de zon schijnt. Drums roffelen op een heel levendige manier, blaasinstrumenten vormen een achtergrond die niet overheerst, evenmin kan verdwijnen tussen de andere instrumenten. Het stereobeeld is groot, organisch, misschien enigszins diffuus, maar dan wel op een fijne manier en komt helemaal vrij te staan. De enige wens is, mag de stem wat hoger gepositioneerd zijn. Als tweede passeert Ola Gjeilo met zijn “Ubi Caritas” solo piano werk. Wat je direct hoort is de romp van de piano die de klank vasthoudt en langzaam afgeeft, precies zoals het hoort. Veel detail is er te waar te nemen in de directe zin zoals het trillen van de snaren in het instrument. De weergave is daardoor dynamisch en ook het mechaniek van het klavier is volop aanwezig. Het instrument heeft kracht, vooral in de lage tonen maakt dit de vleugel echt, de diepe grondtoon waar veel luidsprekers over struikelen. Het instrument is bovendien groot, reikt in het geluidsbeeld tot ver buiten de driehoek van speakers en luisteraar. Ik geniet van deze nieuwe Focal telg die zich positioneert boven de toch altijd al goede en betrouwbare Electra BE en net onder de Sopra lijn zit.
Luchtgitaar
Arvo Pärt combineert in “Spiegel im Spiegel” piano met cello. Omdat ik zo geniet van piano ga ik hier dus nog even mee door. Weer die diepe grondtonen, de ijle toetsen aan de andere kant van het klavier en daartussen de treurige cello. Dit is puur en mooi. De sfeer komt 100% over, het eenzame, het droevige, de oneindigheid van het landschap. De cello zingt zoals weinig speakers dat kunnen weergeven. Komt mijn oude liefde voor Focal naar boven? Deze Kanta No.2 maakt genoeg in mij wakker om dat te denken. Hij heeft een harmonieuze natuurlijkheid die misschien geen recht doet aan de ultra precisie van andere merken, denk in dat verband aan de B&W 800 Series, maar zet daar luisterplezier tegenover. Met voldoende details, met levendigheid, eigenlijk met “leven”. Van een totaal andere orde dan Pärt is Dire Straits, stampend aanwezig met “The bug”. U vroeg om ritme, hier is ritme! Goed ondersteunt laag, heldere bekkens, stem uitstekend neergezet voor de band die best tekeer gaat. Streep volume meer, de Kanta volgt slaafs. De weergave is in mijn oren compleet, tweede stemmen zijn duidelijk herkenbaar en vormen een mooi geheel met de stem van Knopfler, voor zover je zijn stem als mooi kunt bestempelen. Gitaar kan hij spelen, zingen is nooit zijn hoofdvak geweest op de muziekschool. Lekker luchtgitaar meespelen op de bank en dan even als niemand in de buurt is de luisterruimte door springen. Wat doe ik dat toch graag als het systeem zich daartoe leent en je uitnodigt. Met B.B. King en Eric Clapton op “Three o’clock blues” zet het laag wel erg sterk aan, een luisterruimte groter dan bij Lexicom Multimedia mag best. Het gitaarspel is rauw, net als de stemmen van King en Clapton. De blues zit er goed in, conform Dire Straits is stilzitten er niet meer bij. Drums in het midden geplaatst bij de bas. Gitaar uiterst links en uiterst rechts, net als de stemmen. Een derde gitaar in het midden blijft op dit systeem niet verstopt. Orgeltje links erbij, wat een heerlijke blues op deze middag. Hard en fel bij vlagen, nooit te veel van het goede. De Kanta No.2 pakt mij wederom in als systeem. Het gitaar duel tussen de heren wordt uiteindelijk onbeslist afgesloten, beter, dan krijgen we misschien nog wat meer van dit vuurwerk op CD.
Dames onderonsje
Terug naar rust met Stacey Kent en haar “This happy madness”. Over de piano waren we het al eens, hij lijkt gemaakt voor een Kanta No.2, of andersom natuurlijk. De stem van Stacey is volkomen herkenbaar, licht hees zonder te slissen, geschoold en 100% zuiver. Ik kan niet wachten tot de band in gaat vallen. Daar komt de bas, daar is het slagwerk. Bas heeft vele laagjes, is weliswaar niet perfect strak, in het echt is dat ook niet het geval. Slagwerk is puntig en snel, waar hout moet klinken is het hout, metaal blijft metaal, een vel is een vel. Als de sax invalt, heeft die een monding en tegelijk een diffuus karakter, ook dat is in overeenstemming met wat ik verwacht uit dat instrument. Waar een Sopra nog wat meer geluidjes toevoegt van het blazen in het mondstuk laat de Kanta No.2 dat een beetje liggen. Daar is het prijsverschil ook naar. Agnes Obel met “Riverside” is een mooi vervolg op Kent. Al haar stemmen zingt zij zelf in en plaatst ze in de mix waar ze dat wil. Ultiem hoorbaar op de Kanta, mede veroorzaakt door het losse karakter en het loskomen van de klanken van het systeem. Ik bedenk dat ik tot nu toe geen weergever heb gehoord, want niets plakt aan de kasten, alles komt los, staat op een nette afstand. Dichtbij genoeg om de aandacht vast te houden, ver genoeg weg om niet in je gezicht te blazen. Stemhoogte blijft een dingetje, niet heel storend, maar iets hoger meneer Focal, mag dat? Terwijl instrumenten zich wel heel goed en natuurlijk plaatsen. Deborah Henson-Conant praat verleidelijk op “And then he kissed me”. In deze track zitten heel veel kleine percussie geluiden, van klein tot volle kracht vooruit. Gitaar, bas, de dame rechts, de heer links, ze vechten om mijn aandacht. Hoewel de mannenstem nog al eens onverstaanbaar kan zijn op andere systemen, laat de Kanta No.2 juist zien dat de opname daar de schuld niet van draagt. Omdat de heer Frans spreekt en Focal Frans is wellicht? Het nummer leeft met glasgerinkel, cola in schenken, een sigaret opsteken, het is een klein feestje om hier naar te luisteren. Veel beter krijg je dit niet. De dynamiek is met de Flax conus hoog, ik heb geen last van compressie en moeiteloos volgt de Kanta No.2 elke sprong. Niet voor niets is dit een track waar ik speakers graag mee om de oren sla.
Zaal en orkest
Voor live muziek over naar The Royal Albert Hall waar Adele haar “Lovesong” nog eens laat horen. Al bij de aankondiging door Adele zelf hoor je de galm en akoestiek van de ruimte, het publiek zit te dicht bij het podium op de Kanta No.2 en dat maakt de hal te klein. Goed, de track is intiem, op de beste systemen hoor je het publiek tot ver in de uiterste hoek joelen en klappen. Het Hammond orgel is uit de mottenballen gehaald en vormt de perfecte achtergrond om mee te deinen op de bank. Intonatie van Adele is goed, het platte London’s hoor je door de zang heen, de Kanta No. 2 polijst de muziek niet glad, geeft het eerlijk weer zonder een enkel rauwe rand of scherpte. Mooi is de balans tussen zang en verstaanbaarheid. Ik voel mij een beetje aanwezig in de zaal met de dame op een tiental meters afstand. Ik kijk naar haar ogen voel wat ze wil overbrengen, zo hoort het te zijn. Aan het einde krijgt ze terecht een joelend publiek als dank. Tot slot de stem van Adele knauwt als ze gaat praten. Zo rauw, zo plat en zo herkenbaar. Van pop naar klassiek met Janine Jansen en de “Vier jaargetijden” van Vivaldi. Mooi is het orgel, mooi de dragende kracht van het orkest als dat invalt, waarbij de solo viool nog steeds de ruimte heeft en niet is wegdrukt. Viool is helder, scherp genoeg om echt over te komen, rustig genoeg om van te kunnen genieten. Luidere passages wisselen probleemloos met heel zacht gespeelde stukken. Het gaat niet drukken op de oren en het orkest verplaatst zich niet doordat de weergever anders zou gaan presteren onder een hogere belasting. In de zachte passages blijft de muziek nog steeds vol en detailrijk. Vioolklank is een beetje te groot, dat heeft te maken met de opname, maar het valt met de Kanta No.2 wel op. Omdat hij ook groots weergeeft en juist zo mooi loskomt in de hoogte, breedte en diepte. Ik moet zeggen, klassiek was nooit de reden om een Focal te kopen, de huidige generatie ontwerpers heeft met de Kanta No.2 een zeer allround systeem op de markt gebracht. De Kanta eet en lust alles. Deel drie van de “Zomer” begint heftig, muziek jaagt uit de speakers op hoge snelheid. Zwelt aan tot orkaankracht, solo viool perst alles uit de snaren, Jansen zie ik voor mijn ogen het instrument mishandelen. Het hout laat ze kraken, de strijkstok dwingt de snaren tot aan springen toe te bewegen. Hoe mooi is naast en achter haar dat grote orkest dat met zoveel kracht de ruimte in rolt.
Mee naar huis?
Christy Baron zingt het al “Got t get you int my live” en ik denk het, breng de Kanta No.2 maar in mijn leven. De aanvankelijke indruk die het uiterlijk opwekt verdwijnt als sneeuw voor de zon als ik de speaker beluister. Dan ga je hem toch met andere ogen bekijken. De Kanta is modern voorgegeven, met veel durf en Franse kunstzinnigheid, er zit ook veel Franse innovatie in. En dat kunnen ze zeker in het land van de liefde, de wijn en het Bourgondisch leven. De Flax conus is een ontdekking op zich, licht en toch sterk, de beryllium tweeter is kenmerkend, de gebogen vorm van de baffle is er voor een rein fasegedrag, zaken die grotendeels altijd al in een Focal te vinden zijn. Bovendien, nu ik enige uren voor de Kanta zit is het uiterlijk heel normaal geworden, zelfs al houd ik niet zo van glanzende ringen om de units. Het schijnt nu eenmaal mode te zijn en desnoods plaats ik de frontjes voor de bas en midden units. De geluidkwaliteit is hoog genoeg om, met de paar voor mij mindere uiterlijke zaken, best te kunnen leven. Het gewicht van 35kg per stuk houdt mij tegen om ze voor een paar weken mee naar huis te slepen, een straf zou het niet zijn. De Kanta No.2 is in mijn ogen en oren een bijzonder systeem, inwendig mooi ontworpen, uiterlijk modern iets wat u moet aanstaan. Geloof mij, na een paar uur luisteren valt dat uiterlijk ineens alles mee, wordt zelfs een aantrekkelijk onderdeel van het geheel. Gewoon vragen bij Lexicom Multimedia om te ze mogen horen. Daarna ben ik benieuwd naar uw reactie en wil ik graag weten of u mijn enthousiasme deelt.