Chord Company Signature Reference en AudioQuest Castle Rock. Luidsprekerkabels in vergelijk

Welke speakerkabel voor de Hegel H360 versterker met Mohican cd-speler?

Na voor de lezers meerdere keren netsnoeren en interlinks met elkaar te hebben vergeleken komen nu de luidsprekerkabels een keer aan de beurt. Hiervoor geldt hetzelfde als voor andere soorten kabels, het zijn geen losse onderdelen om zomaar willekeurig te kiezen, het zijn wezenlijke onderdelen van een complete installatie met een eigen klank en eigen kenmerken. Het aanwijzen van ‘de beste kabel’ is niet alleen onmogelijk gezien de enorme keuze aan kabels op de markt, de beste kabel is een kabel welke in uw set en binnen uw budget de hoogste prestatie levert op een door u gewenste manier. Dat ik vandaag ga luisteren naar een Chord Company Signature Reference en hem vergelijk met een AudioQuest Castle Rock is allereerst om aan te tonen dat er wezenlijke verschillen bestaan tussen kabels in een zelfde prijsklasse en ten tweede om u uit te leggen waar verschillen kunnen zitten. De beste van de twee? Dat is de kabel welke achteraf het beste bij u past.

Signature Reference

De Signature Reference was de eerste afgeschermde luidspreker kabel uit de fabriek van Chord Company. Destijds tevens de dikste en de meest stugge kabel in hun pakket. Inmiddels maakt de huidige versie niet langer gebruik van koperen geleiders maar van verzilverd koper, is de afscherming beter geworden en is het isolatie materiaal van polyethyleen naar PFTE (teflon) veranderd. Chord zegt daar zelf over dat micro details en micro dynamiek nu beter tot hun recht komen, de neutraliteit is verbeterd, het herkennen van instrumenten beter zal gaan en dat het stereobeeld zo groot is dat ieder individu in de band of in het orkest te volgen is. Elke set Signature Reference wordt gemaakt op klantspecificatie voor lengte en aansluitingen, met een in zwart/rood uitgevoerde mantel, helemaal zwart of desnoods een mantel in een andere kleur. De kabels bestaan extern uit twee losse geleiders, volledig geïsoleerd en daarna getwist. Iedere geleider is afgeschermd met een koperfolie en met geweven koper dat 95% dichtheid heeft. De buitenmantel is van PVC. De dikte van de plus en de min koper/zilvergeleider is 5,26mm2 (Engelse maat 10 AWG) en daardoor hebben de twee individuele kabels elk een doorsnede van 8,5mm. Het is een stugge kabel, netjes afgewerkt met verzilverde connectoren in de vorm van banaanstekers of spades. De prijs voor Chord Company Signature Reference in een lengte van 2 x 3 meter is € 1.799,-.

Castle Rock
Castle Rock is ontworpen als een dubbele bi-wire kabel, vormgegeven als een visueel aantrekkelijke enkele kabel. Castle Rock maakt gebruik van de beste AQ koperen geleiders (Perfect-Surface Copper+), AudioQuest’s DBS (Dielectric-Bias System) en NDS (Noise-Dissipation System). Een recente verbetering in de Castle Rock zijn de nieuwe, glanzende ‘Hanging Silver’ 1000-serie Multi-spades en banaanstekers. Deze connectoren zijn gemaakt volgens het ‘Hanging Silver over rood koper’ procedé waarbij de bananen en spades in een vat van extreem puur zilver ‘gehangen‘ worden, dat resulteert in een dikke laag zilver. Er worden geen prestatie-verminderende tussenlagen (zoals Nikkel of andere legeringen) gebruikt. Castle Rock maakt gebruik van extreem zuiver Perfect-Surface Copper+. De 3,31mm2 geleiders zijn massief omdat dit interactie tussen de draden voorkomt. De kwaliteit van het oppervlak is volgens AudioQuest van cruciaal belang omdat de geleider gezien kan worden als een spoor voor zowel de elektrische velden in een geleider als de magnetische velden buiten de geleider. Het gladde en pure Perfect-Surface elimineert hardheid in klank nagenoeg volledig en vergroot de helderheid ten opzichte van OFHC, OCC, 8N en andere kopersoorten. De extreme zuiverheid van PSC+ minimaliseert vervorming veroorzaakt door de grensvlakken tussen atomen, welke in alle metalen geleiders aanwezig zijn. De isolatie maakt gebruik van een geschuimde polyethyleen isolatie op de positieve geleider. Door de grote hoeveelheid lucht in opgeschuimd-PE, veroorzaakt het materiaal veel minder out-of-focus effecten dan andere materialen. De negatieve geleider is geïsoleerd met gedeeltelijk geleidend, koolstof-verrijkt polyethyleen. Het opmerkelijke materiaal zorgt ervoor dat er geen RFI in de versterker terecht komt. Dit heeft een klankmatig voordeel in de vorm van een minder diffuus geluid en een beter stereobeeld. Een natuurkundig gegeven is dat alle isolatiematerialen het signaal in de geleider vertragen. Wanneer een isolatiemateriaal geen voorspanning heeft gekregen zal het signaal ongelijkmatig vertragen, een probleem voor tijdsgevoelige multi-octaaf audiosignalen. Het DBS van AudioQuest zorgt voor een sterk en stabiel elektrisch veld dat de moleculen in de isolatie verzadigt en polariseert. Dat minimaliseert zowel energieopslag in de isolatie als de meervoudige niet-lineaire tijdsfouten. Verdere innovaties in de Castle Rock zijn de Dubbel Star-Quad geometrie en de Spread-Spectrum technologie, zorgend voor een gecontroleerde capaciteit en inductie in de kabel plus de vorm van de geleiders en de dikte zijn vastgelegd aan de hand van luistertesten en metingen. De prijs voor AudioQuest Castle Rock in een lengte van 2 x 3 meter is € 1.850,-.

Single-wire
De set die vandaag ter beschikking staat bevat de populaire Hegel H360 versterker en de Hegel Mohican CD-speler, onderling verbonden met een Chord Company Sarum T Super Aray interlink. De luidsprekers zijn modellen die bij Lexicom Multimedia veelvuldig een hoofdrol spelen, de B&W 804 D3 Diamond. Muziek komt uiteraard van CD en dit keer eens niet vanaf een NAS, USB stick of een Melco. Ik wissel tussen de twee paren luidsprekerkabel, uitgevoerd in single-wire met bananen aan beide uiteinden. De bi-wire terminals op de B&W zijn doorverbonden met jumper wires en niet met de verfoeide metalen plaatjes.

Manhattan
Ik luister een aantal keer achterelkaar naar Jennifer Warnes met “First we take Manhattan” van haar CD “Famous blue raincoat” met de Chord kabel aangesloten voordat ik overga naar de AudioQuest, kort genoemd AQ in de rest van het verhaal. De AQ klinkt in vergelijk tot de Chord rustiger, haalt beter de scherpte weg uit de CD en daarmee uit de opname. Helaas maakt de AQ het stereobeeld beduidend kleiner en is tammer in de presentatie. AQ heeft zelfs in mijn oren een beetje onnatuurlijke klank met Warnes, daar waar de Chord een stuk zuiverder in de leer is. Bij gebruik van de twee soorten kabels vallen andere details op: Chord legt de nadruk op details die weggestopt zijn in de opname, de AQ benadrukt juist wat op de voorgrond gebeurt. AQ maakt de weergave klein en houdt hem gevangen in een bel tussen de luidsprekers. Nog eens terug naar de Chord, zo is er meer ruimte en de weergave is veel groter in alle richtingen. Wel keert met Chord de hardheid terug in de muziek. Al met al heeft de Chord in deze ronde mijn voorkeur.

Nantes
De tweede track is gezongen door Patrick Bruel, hij verhaalt over herinneringen aan “Nantes” op zijn CD “Barbara”. Chord zorgt voor een diepe stem, naar mijn idee heel dicht op de microfoon opgenomen, daarmee uitermate verstaanbaar. Hoorbaar is veel sublaag als de muziek even bezig is. Het verschil in hoogte niet correct, de stem staat goed, de piano is veel te laag gepositioneerd. De weergave is open en komt goed los van de weergevers in een stereobeeld groter dan de fysieke opstelling. Een sfeertekening maakt de muziek mooi en bijzonder. Bruel neemt mij zo mee in de muziek dat ik even vergeet naar verschillen te luisteren en de track opnieuw draai. Na het wisselen van kabels trekt AQ gelijk het stereobeeld weer naar het midden. Piano krijgt een natuurlijker klank. Sublaag is nog meer aanwezig, de stem is in hoogte gemeten gezakt. Ik hoor meer van de mondgeluiden van Bruel en hij lijkt enige afstand tot de microfoon te hebben genomen. De AQ brengt de muziek intiemer en indringender. Ik bemerk een snik in de stem die de Chord niet weergaf. Jammer dat alles kleiner is want deze AQ doet meer recht aan hetgeen Bruel (oorspronkelijk de Franse zangeres Barbara) beoogt te zeggen met deze track. Het verdriet van Barbara om het verlies van haar vader is een stuk oprechter. Deze CD toont zeer goed en duidelijk hoorbaar de verschillen aan tussen de twee LS kabels. Waarbij de voorkeur naar AQ gaat op dit moment.

Parijs
Ik draai de volgorde even om en start met Diana Krall en haar “Devil may care” van de CD “Live in Paris” eerst met de AQ kabels. Applaus laat een kleine zaal horen. Krall komt erg op mij af, in een kakofonie omdat bas, gitaar, piano en slagwerk dicht op elkaar gedrukt zijn. Er zit wel veel snelheid in de puntige weergave. Bekkens weerklinken detailrijk, lage tonen blijven compleet in de hand gehouden. Krall mag dan verguist worden door audiofielen omdat ze haar te vaak horen op shows, “Devil may care” is en blijft een geweldig nummer met fabuleus pianospel van de dame. Pit, snelheid, intensiteit zijn er allemaal. Dus mogen we de CD best herwaarderen. Bij het eindapplaus is de zaal wat groter, nog steeds niet overweldigend in omvang, dat blijft een puntje van kritiek waar ik mij lastig overheen kan zetten. Met Chord wordt alles gelijk veel groter neergezet, met centraal de vleugel, rechtdoende aan de afmetingen van het instrument. Daardoor ontstaat een bijna diffuus beeld en is de impact minder overweldigend. De zaal is ineens groot, te merken aan de stem van Krall, misschien verliezend aan intimiteit maar gelukkig staat ze wel verder van mij af. De spreiding van de instrumenten is een stuk groter en zodoende keert een mate van rust terug. Tegelijk is de track minder indrukwekkend, de kracht en snelheid gaan voor een deel verloren. Details komen met Chord terug in de weergave en de klank van alle instrumenten gaat er op vooruit. Dynamiek leek in te leveren, bij de drumsolo is juist het omgekeerde het geval. Nu hebben beide kabels hun voor- en nadelen en zou ik een fusie willen zien van beider positieve eigenschappen. De kracht van AQ met de ruimte van Chord.

Londen
Opnieuw eerst de Chord. Ditmaal is “London Grammar” aan de beurt met “Hey Now” van de CD “If you wait”. Groot en los komt muziek vanaf de weergevers, een echo in de opname is goed waar te nemen. Onderscheid tussen de toonsoorten van de stem is duidelijk. Sublaag blijft matig drukkend en rolt over de grond. De totale weergave blijft op afstand gehouden, breed neergezet in de ruimte met de nodige diepte en hoogte. Vooral de lage tonen zijn met de Chord indrukwekkend en dragen bescheiden de andere instrumenten en de stemmen. AQ is opnieuw per direct kleiner in de weergave, de echo loopt in plaats van in de breedte in de diepte weg. Onderscheid tussen de stemtonen is lastiger waar te nemen. Lage tonen drukken meer en lijken zelfs minder diep te gaan. Het imposante van London Grammar gaat verloren in deze opstelling. Muziek is dichtbij, druk, wel los gekomen, maar fysiek beperkt gehouden in een compacte eenheid. Bijna alsof ik zit te luisteren vanuit een andere ruimte tussen een paar deuren door. Ik ga dit keer voor Chord met deze Engelse band, ook al kan de AQ het speciale laag van deze opname beter aan. Want ik weet hoeveel energie in het laag zit en dat wil je eigenlijk terug horen, zelfs als het gaat drukken op de oren.

Wenen
Tot slot van Ivo Pogorrelich een paar piano sonates van de hand van Mozart. Het is de beurt van AQ om een krachtige vleugel neer te zetten, waarbij de kracht meer opvalt dan de afmeting van het instrument. Bij vlagen komt er een haast klavecimbelachtige klank naar voren. Veel ruimte om het instrument is er niet. Wel is de weergave heel mooi en zuiver. Tonen kunnen lang aanhouden als het spel daarom vraagt. Met de Chord lijkt de vleugel te zijn verplaatst naar een veel grotere ruimte, een ruimte waarin ik naar achteren ben geschoven. Ik weet eigenlijk niet goed wat ik zou prefereren op de lange duur. Mogelijk tijdens intensief luisteren genieten van de betrokkenheid van AQ, of wil ik juist het afstandelijke karakter van de Chord waarbij luisteren een meer vrijblijvende bezigheid kan zijn? In beide gevallen is de klank in mijn oren zuiver, natuurlijk en doet recht aan het instrument en de solist.

Karakters
Wat mijn oren hebben waargenomen maakt het voor mij al lastig om de juiste kabel eruit te pikken. Daarom kort nog even de meest opvallende eigenschappen waar ik uit zou moeten kiezen als ik dit systeem in bezit had. De Chord Company Signature Reference biedt de luisteraar meer afstand tot de musici, schept een groter beeld, maakt de weergave diffuus en dat is vaak fijn voor lange luistersessies. De AudioQuest Castle Rock zet musici dichtbij, houdt de weergave compact, een gegeven dat prima is voor pop, biedt impact, beperkt het stereobeeld en vraagt intenser om aandacht. Het woord Rock in de naam duidt op de Rock serie van AudioQuest, het mag voor mij slaan op Rockmuziek. Houdend van een groot stereobeeld dat wijd wordt uitgesmeerd in de ruimte gaat mijn voorkeur uit naar Chord op dit moment, in een andere opstelling met andere luidsprekers kan de voorkeur zomaar omslaan naar AudioQuest. Wat ik zeker weet is dat de kabels in kwaliteit onderling vergelijkbaar zijn, dat in beide gevallen door de fabrikant echt is geprobeerd om de prijs met de prestatie te rechtvaardigen en naar mijn idee zijn beiden daarin geslaagd. De opmerkelijke verschillen blijven aanwezig, zelfs in dit prijssegment, en dat maakt voor mij de keuze misschien lastiger tussen de twee merken, voor iemand anders mogelijk juist eenvoudiger vanwege het eigen karakter van Chord en AudioQuest. Een laatste wijze raad, probeer zeker in eerste instantie bekabeling van netsnoer, via interlink tot luidsprekerkabel van één merk te kiezen, dat leidt vaak tot een niet te onderschatten en gewenste synergie in de complete set.