De B&W 800 D3 vergeleken met B&W 802 D3: twee superluidsprekers

De strijd der titanen: twee High End luidspreker-broers tegen elkaar uitgespeeld

De Bowers & Wilkins 800 D3 is het onbetwiste topmodel van de in 2015 geïntroduceerde, geheel vernieuwde 800-serie, die meteen vanaf de introductie zeer populair en succesvol is gebleken. Eventjes had de 802 D3 het rijk voor zich alleen, omdat de 800 D3 op zich liet wachten. Maar sinds de High End 2016 audiobeurs in München is ook het topmodel leverbaar, zodat de serie nu compleet is. En wie de internationale recensies leest, ziet dat de grootste, duurste en beste luidspreker van B&W is ingeslagen als een bom. Diverse audiobladen van naam hebben de 800 D3 onmiddellijk tot hun referentie verklaard en in een aantal recensies wordt hij zelfs vergeleken met luidsprekers, die twee, drie of meer keren zo duur zijn. En dat terwijl de 800 D3 al niet echt het koopje van de week lijkt…
Deze uitermate indrukwekkende luidspreker staat inmiddels alweer een tijdje te spelen in de showroom van Lexicom MultiMedia en dat is voldoende reden om hem aan een nadere “kennismaking” te onderwerpen.

Beschrijving
Over de talloze (deels gepatenteerde) vernieuwingen in de nieuwe 800 D3-serie is al veel geschreven. Ten opzichte van de “oude” 800-lijn is deze D3-serie zo ongeveer een revolutie. B&W spreekt zelf over 868 vernieuwingen. Zou ik ook doen. Wie het nog een keer wil nalezen, kan hier klikken voor een samenvatting van de belangrijkste zaken.

bw800d3-802d3-review-lexicom-multimediaDe 800 is het topmodel en de 802 zit daar direct onder. Maar wat zijn de verschillen tussen die twee? Het verschil in prijs is duidelijk. Daar hoef ik het niet over te hebben, want dat is het intrappen van een open deur. Maar voor de rest?
Beide luidsprekers zijn drieweg basreflex luidsprekers met de reflexpoort in de onderzijde van de kast, vlak boven de aluminium voetplaat. De 800 is een halve centimeter hoger dan de 802. Vijf hele millimeters! Dat is schrikken… Verder is de 800 maar liefst 28 mm dieper en 33 mm breder. Nounou, dat scheelt een hele boekenkast! En hij is 1,5 kilo zwaarder (96 kilo). Ook daar wordt een mens niet koud of heet van, toch? Uiteindelijk zijn beide luidsprekers goed voor een dubbele hernia. Niet optillen dus.

Wanneer we iets dieper in de specificaties duiken, worden de verschillen nauwelijks duidelijker. Het enige werkelijke verschil is namelijk de diameter van de twee woofers: 200 mm in de 802 en 250 mm (extra verstevigd) in de 800. Dat is flink wat meer oppervlak, al zie je dat in de cijfers niet meteen terug: de 802 reikt tot 17 Hz en de 800 duikt naar 15 Hz. Het valt te verwachten, dat ook het scheidingsfilter licht is aangepast, maar daar geeft B&W geen informatie over. Flauw, hoor… Voor de rest zie ik vooral erg veel overeenkomsten: tweeter (25 mm), middentoner (150 mm), gevoeligheid (90dB), constructie van de behuizing, enzovoort.

Kortom: op deze manier komen we niet te weten, wat de werkelijke verschillen zijn tussen de twee broers. Zo ziet u maar weer: cijfertjes zeggen niet alles… Dus ga ik op mijn gemak luisteren naar de “gebroeders B&W”.

Gebruikte apparatuur
Omdat ik hier te maken heb met twee luidsprekers van adellijke topklasse, moet de set waarmee ik deze nobele gebroeders ga aansturen, van een vergelijkbaar niveau zijn. Als bron gebruik ik een Aurender N10 muziekserver, die met een AudioQuest Diamond Digital AES/EBU (XLR) is aangesloten op een PS Audio PerfectWave DirectStream Junior DAC. Deze DAC-met-volumeregeling geeft op zijn beurt het (inmiddels naar analoog geconverteerde) signaal via Vertere Pulse B interlinks (RCA) door aan de stevige Bryston 4B3 (“Cubed”) eindversterker. Ik kan deze heren van stand toch niet aan een geïntegreerd versterkertje van 40 Watt koppelen? Nou dan… Maar euhh… waarom geen gebalanceerde (XLR) interlinks? Tja, ik hield het niet voor mogelijk in een topklasse winkel als Lexicom MultiMedia, maar er is even geen set gebalanceerde interlinks van voldoende niveau voorradig. Schokkend… Vanaf de Bryston eindversterker lopen twee Audiovector Zero Compression Avantgarde Arreté luidsprekerkabels (de naam is bijna net zo lang als de kabels) naar de Bowers & Wilkins 800 D3 en 802 D3 luidsprekers. Een kwestie van telkens even “omprikken”.

diana-kralLuisteren
Om te beginnen speelt de N10 Diana Krall met I Love Being Here With You van haar album Live in Paris. Eerst mag de 802 laten horen wat-ie kan. De weergave is zoals ik die inmiddels ken: meer dan uitstekend. De vleugel staat recht voor me, de percussie is heerlijk swingend en ritmisch, de stem van Diana Krall wordt op een uitstekende manier weergegeven, zodat je elke nuance hoort, maar zonder dat de detailweergave opdringerig wordt. De uitstekende plaatsing en de strakke timing dragen bij aan de beleving van de muziek. Subtiele tikken op de bekkens van het drumstel zijn heerlijk, de gitaarsolo swingt, je hoort Diana Krall lachen en haar stevige pianosolo mag er zijn. Ook de solo op de contrabas is melodieus en geproportioneerd. Ik hoor de brushes over het drumstel vegen en even later de felle tikken tijdens de korte solo. Kortom: ik mis niets, dit is echt compleet muziekgenot via een heerlijke High End audioset met formidabele luidsprekers.

Dan is de 800 aan de beurt. Ik ben benieuwd, maar al meteen hoor ik het verschil. Dit is duidelijk grootschaliger. Het podium is groter, de vleugel uiteraard ook, de musici hebben meer onderlinge afstand. De overheersende indruk is het onwaarschijnlijke gemak, waarmee deze kanjer de muziek op mij af laat komen. Alsof hij nog steeds lui achterover leunt en zich afvraagt: “En? Wanneer ga je beginnen? Of is dit alles?” Daarbij maakt het absoluut niet uit of ik op een beschaafd huiskamervolume draai of dat ik de plafondtegels in de winkel laat trillen. De basweergave is niet alleen dieper, maar ook gemakkelijker, meer ontspannen. Ik zou bijna zeggen: uit de losse pols. Maar vergis u niet: het is geen modderige rommelbas, want de laagweergave is nog steeds uitermate gecontroleerd en beheerst!
Met name de solo van de contrabas is opvallend. Deze werd door de 802 al prachtig neergezet, maar de 800 doet het op een manier die een live-gevoel bij mij opwekt. Ook het meer open karakter van het middengebied en de “echtheid” van de ruimte dragen daaraan bij. Dat het middengebied nòg meer open klinkt dan bij de 802, is heel merkwaardig, want de drivers zijn identiek. Is er dan tòch aan het scheidingsfilter gesleuteld? Ik kan me niet voorstellen dat dit niet het geval zou zijn.

eric-clapton-2Ik pak even een “gouwe ouwe” om bij te komen. Eric Clapton met Tears In Heaven van het album Unplugged. De 800 staat nog te spelen, dus die is als eerste aan de beurt. Ik ken dit nummer door en door. Althans, dat denk ik. Het aloude cliché is niet te vermijden: ik hoor dingen die ik nog nooit heb gehoord. En dat ondanks de bescheiden opnamekwaliteit, waarbij de band-ruis duidelijk hoorbaar is. Maar de betere separatie van de instrumenten laat mij duidelijk de verschillen tussen de twee gitaren horen (of dacht u dat Clapton solo speelde?) en ook kan een oud twijfelpuntje van mij wordt opgelost: het is geen keyboard wat ik hoor, maar een ouderwets harmonium! Echt elk detail is aanwezig, waardoor de weergave compleet is en het oude nummer mij opnieuw boeit.
De 802 staat ietwat verongelijkt op zijn beurt te wachten, dus ik prik de kabel weer om en speel het nummer nogmaals. En nu? Een tegenvaller? Welnee! Het stereobeeld is fractioneel kleiner, waardoor het podium wat compacter lijkt en de instrumenten iets dichter op elkaar lijken te staan/zitten. Maar ook deze weergave is heerlijk om naar te luisteren, want de 802 is een klein tikkie warmer dan de 800. Het gaat echt om een nuance, maar dat kan toch de doorslag geven voor wie strikte neutraliteit niet prettig vindt. De stem van Clapton wordt ook door de 802 uitstekend weergegeven en de klank van de gitaren is ook hier dik in orde.

Een klassiek stuk nu, dat in een flinke ruimte is opgenomen. A Gaelic Blessing uit het Requiem van John Rutter, in de uitvoering van The Turtle Creek Chorale en The Women’s Chorus of Dallas, is in 1993 opgenomen in het Morton H. Meyerson Symphony Center in Dallas, Texas. Deze opname is zeer fraai gelaagd en heeft, indien goed weergegeven, een grootschaligheid en diepte die niet makkelijk te reproduceren is. De 802 slaagt daar wonderwel in en zorgt naast de prachtige weergave van de koorzang ook voor een subtiele, maar proportionele weergave van de schaarse instrumentalisten die het stuk begeleiden, waaronder een zeer fraaie harp. Ook met de diepe, maar zachte pedaaltonen van het orgel heeft de 802 geen enkele moeite. Kortom: een weergave om rustig van te genieten.
Wanneer ik vervolgens de 800 weer aan de kabels hang, zijn de verschillen weer overduidelijk te horen. De ruimte lijkt groter, waardoor het stuk een meer “gedragen” klank krijgt. Omdat ik de individuele stemmen van de koorleden nu beter hoor, overigens zonder dat het totaalbeeld verloren gaat, lijkt ook het koor uit meer mensen te bestaan. Het verschil tussen het eerste en het tweede deel van dit stuk, waarin het tweede gedeelte van het koor inzet, wint ook aan diepte en overtuigingskracht, terwijl de pedaaltonen van het orgel nu niet meer uit een luidspreker lijken te komen, maar over de grond komen aanrollen. Daarbij is goed te horen dat het om een Amerikaans orgel gaat en niet om een Europees exemplaar. En de eerder genoemde harp klinkt nu voller, dieper en heeft een langer sustain.

finkIets heel anders. Van het album Fink meets the Royal Concertgebouw Orchestra: het nummer This Is The Thing. Het RCO speelt niet mee op deze track, maar ik wil met name graag de drums aan het einde horen, want die hakken er stevig in. En dat lijkt me nou zó leuk…
De 802 heeft er zin in en trakteert me op een weergaloze stemweergave en een overvloed aan subtiele details (met name in de percussie), die voor de accenten in de muziek zorgen. De stem staat duidelijk op de voorgrond in deze lekker ruimtelijke weergave. De drums klinken diep en vol en de opbouw naar de climax wordt zorgvuldig en boeiend weergegeven. Ook al heb ik dit nummer inmiddels vaker gehoord dan me lief is, op deze manier heb ik er geen problemen mee.
Grote broer 800 wil dan even laten horen, hoe het ècht moet. De ruimtelijkheid valt meteen op: dit is inderdaad een ruimte ter grootte van het Concertgebouw. De dynamiek, zeer belangrijk in dit nummer, is op micro- en macroniveau werkelijk ongeëvenaard en de detailweergave is rijk, aanwezig, maar altijd onderdeel van de muziek en nooit vermoeiend. De bekkens zijn schitterend en de plaatsing is nèt een tikkie beter. De drum-climax aan het eind is imposant, diep, aanvallend en ongelooflijk mooi. En dan het applaus. Dat geeft vaak aan, wat een luidspreker kan. Wel, de mensen lijken naast mij in de winkel te staan. Subliem!

Omdat ik deze “gebroeders B&W” een warm hart toedraag, heb ik ze nog meer stukken muziek laten spelen, maar daar zal ik u niet mee vermoeien. Het wordt tijd voor een…

Conclusie
Ja, dat is lekker, zeg! Wat moet ik hier nu schrijven? De 800 D3 is erg goed en de 802 D3 is brandhout? Kletskoek! Ik heb de eer gehad om een aantal uren heerlijk te stoeien met twee sets High End luidsprekers van (letterlijk en figuurlijk) zwaar kaliber. De 800 D3 en de 802 D3 zijn allebei ongelooflijk muzikale luidsprekers van absolute topkwaliteit, maar ik moet nu toch een oordeel vellen. Dat valt niet mee.

In de Duitse taal bestaat de mooie uitdrukking “Das Bessere ist des Guten Feind“, wat betekent: het betere is de vijand van het goede. En dat is in dit geval ook zo. Als de 800 nooit was uitgebracht, had ik de 802 zonder enige moeite kunnen aanbevelen als de absolute topluidspreker van Bowers & Wilkins. Want de 802 is een uitmuntende luidspreker en menig muziekliefhebber en/of audiofiel zou willen, dat hij een setje in z’n woonkamer had staan. Samen met de fraaie set die ik voor deze recensie heb gebruikt, bijvoorbeeld. Dan valt het leven best mee, toch?

800d3-lexicom-multimediaHet verschil tussen de 802 D3 en de 800 D3 is subtiel, maar zeer duidelijk aanwezig. Waarschijnlijk kan ik dit verschil het beste als volgt formuleren: de 802 biedt muziekweergave op topniveau en de 800 biedt een bijna-live-ervaring. Ja, ik denk dat die zin een heel eind in de goede richting komt. De 800 klinkt anders dan de 802 en dat betreft de gehele luidspreker, terwijl de nietsvermoedende koper op het eerste gezicht zou denken, dat het verschil alleen in de bas aanwezig is vanwege de grotere woofers. Maar dat is dus niet zo. In het hoog zijn de verschillen het kleinst, hoewel ook daar de grotere openheid van de 800 te horen is. In het middengebied wordt door de grotere openheid en ruimtelijkheid al duidelijk dat de 800 toch een ander beestje is dan een “802-met-grotere-woofers” en in de bas is het verschil onmiskenbaar. Waar de basweergave van de 800 bij wijze van spreken geheel ontspannen en zonder druk naar buiten komt rollen en daardoor een extreem natuurlijke indruk maakt, geeft de 802 iets meer het idee van een luidspreker met een opvallend goede basweergave. Als u begrijpt, wat ik bedoel…

Kenmerkend voor de 800 is de enorme ruimtelijkheid, de gemakkelijke en ontspannen laagweergave, de neutraliteit en de onbetwistbare soevereiniteit, waarmee hij alles weergeeft. Stress bestaat bij de 800 niet. Hoe hard ik de 800 ook aanpakte, nooit had ik het gevoel dat hij buiten adem raakte of compressieverschijnselen ging vertonen. Een zeer, zeer bijzondere en begeerlijke luidspreker.
De 802 klinkt een klein beetje compacter, een héél klein tikkie warmer en heeft niet dat spreekwoordelijke, bijna-niet-te-geloven gemak van de 800, maar ook “kleinere broer” 802 is een luidspreker die een hoge belasting op z’n sloffen aankan. En ook de 802 is een luidspreker van absolute topkwaliteit, die met kop en schouders boven de meeste van zijn concullega’s uitsteekt. En niet zo’n beetje ook!

Tenslotte nog dit: in de wereld van High End audio geldt meestal de “Law of diminishing returns“, de wet van de verminderde tegenwaarde. Dat betekent dat u, hoe hoger u op de ladder komt, steeds meer moet betalen voor een klein beetje meer prestatie. Dat heeft er mee te maken dat in de High End sector het niveau al zó hoog ligt, dat een fabrikant enorm moet investeren om er nòg een beetje extra uit te halen.
Na het beluisteren van de 800 D3 heb ik echter het vermoeden, dat de makers van de 800 D3 deze regel niet kennen. Ja, de prijs ligt € 4.000,00 per luidspreker hoger, maar de meerwaarde is zo duidelijk, dat dit prijsverschil zonder meer te rechtvaardigen is. En dat zie ik de laatste tijd niet vaak in deze prijsklasse.

Een gewaagde slotzin? Goed, daar komt-ie: ik was verliefd op de 802, maar nu kwam ineens de 800 langs en die heeft grotere… euhh… woofers!