Verslag demonstratie-avond Naim netwerkspelers en Naim DAC-V1

Naim netwerkspelers gedemonstreerd bij Lexicom Multimedia

Woensdagavond 1 mei 2013: Naim-avond. In mijn agenda is deze datum al geruime tijd gereserveerd, want de demonstratie-avonden die Latham Audio verzorgt, zijn meestal zeer de moeite waard. Met hooggespannen verwachtingen rijd ik dus naar Lexicom MultiMedia. In de winkel is een flinke Naim-set opgebouwd, die onmiddellijk duidelijk maakt dat de netwerkspelers van Naim vanavond centraal staan.

Eerst een lijstje van de deelnemende componenten, die zijn verdeeld over twee FraimLites. Om te beginnen een NAC282 voorversterker, geassisteerd door een SuperCap voeding. Vervolgens drie netwerkspelers: een ND5 XS, een NDX en een NDS. Als extra voedingen staan de XP5 XS en de 555 PS klaar. Er zou ook nog een XPS DR voeding aanwezig zijn, maar die heeft kennelijk een verkeerde afslag genomen en staat in Luxemburg. Jammer…
De eindversterker is een NAP 300, die uit twee delen bestaat en in een eigen NaimFraim tussen de luidsprekers staat. Gelukkig is gekozen voor de Audiovector Si3 Avantgarde Arreté, die ik zeer goed ken. Een prima luidspreker voor deze demonstratie, want dit topmodel uit de Si3-lijn bedekt niets met de mantel der liefde. Garbage in is garbage out.
Naim gebruikt zijn eigen Burndy-voedingskabels, waar geen alternatief voor bestaat. De overige bekabeling, die in wisselende combinaties zal worden ingezet, is hoofdzakelijk van The Chord Company, afgezien van een enkele verdwaalde Naim Snaic. Ik noteer: Sarum en Signature luidsprekerkabels, Cadenza, Chorus Reference en Sarum DIN-kabels en tenslotte een MusicLine PowerIgel om alle apparaten van stroom te voorzien.
Ed en Rowan hebben enkele schermen neergezet ter verbetering van de akoestische eigenschappen van de wand achter de luidsprekers. Terwijl ik daar een blik op werp, zie ik dat de Si3 is voorzien van brugjes uit de Signature-serie. Uitstekend! Vervang de inferieure blikken plaatjes tussen de luidsprekeraansluitingen door brugjes van luidsprekerkabel en u zult nooit meer anders willen.

DAC-V1 en NAP 100
Maar de imposante set mag nog even wachten, want de avond begint met een demonstratie van de nieuwe DAC-V1 en NAP 100. Vanaf een laptop wordt de DAC-V1 van muziek voorzien, waarna de NAP 100 de versterking op zich neemt en de grote Si3’s aanstuurt. Pardon? Jazeker, de kleine NAP 100 kan zelfs die grote jongens aan. Prijstechnisch is het een vreemde combinatie, maar dat is een ander verhaal. Ik heb de mooie combinatie van DAC-V1 en de NAP 100 reeds uitgebreid beluisterd en ik verwijs u derhalve naar de recensies (deel 1, 2 & 3) op deze website. De gekozen luidsprekerkabel is de voordelige Chord Sarsen, die zeer dun is en dus makkelijk in een holle plint kan worden weggewerkt. Het zou niet mijn keuze zijn, want ik weet dat de NAP 100 tot meer in staat is dan ik nu te horen krijg.

ND5 XS en Chord Cadenza
Door naar de grote set. Om te beginnen de ND5 XS. Een prima netwerkspeler, die inmiddels een “goede bekende” van mij is. In zijn prijsklasse zou ik zo snel geen betere netwerkspeler weten. In eerste instantie verzorgt een Naim Snaic de verbinding tussen ND5 XS en NAC 282, maar al snel wordt de Snaic vervangen door een Chord Cadenza. Het verschil is overduidelijk: de weergave wordt losser, meer open, ruimtelijker (met name in de diepte) en het stereobeeld wordt breder. Snaren klinken nu echt als snaren en niet als een reproductie van snaren. Eigenlijk is het zonde van het geld om de ND5 XS met het trieste standaardkabeltje aan te sluiten, want dan komen de muzikale capaciteiten van de ND5 XS niet tot hun recht.

ND5 XS met XP5 XS voeding
Vervolgens komt “de truc met de voeding”. Dat is een typisch Naim-verhaal. Standaard worden Naim-apparaten altijd voorzien van een forse voeding, die groot genoeg is om nooit in ademnood te komen. En toch gebeurt er altijd een klein wondertje, wanneer een extra voeding wordt ingezet. De taakverdeling binnen de algehele stroomvoorziening wordt gewijzigd en de capaciteit wordt fors vergroot. Dus wanneer de ND5 XS wordt voorzien van de “bijbehorende” XP5 XS voeding, is het effect onmiddellijk hoorbaar. Meer rust, meer detail, meer gemak en dus: meer muziek. De snaren die ik zoëven noemde, klinken nòg natuurlijker en het decay (het wegsterven van de tonen) is mooier uitgewerkt. Het hele weergavebeeld is er qua doortekening en realisme op vooruit gegaan.
Zo’n extra voeding is geen echt goedkope upgrade, maar wel een uiterst zinvolle. En het fijne is, dat zo’n upgrade ook later gekocht kan worden, waardoor de investering kan worden gespreid.

NDX en Chorus Reference
Nu is de NDX aan de beurt. Deze grotere broer is in alle opzichten een maatje groter dan de ND5 XS. Hij overtreft de combinatie van ND5 XS & XP5 XS in bijna alle opzichten (behalve in prijs). De rust, het gemak en de natuurlijkheid zijn opvallend. De klappen op het drumstel hebben meer impact, meer diepte. Het gitaarspel is zeer gedetailleerd en compleet: ik hoor niet alleen de snaren, maar ook de attack, de manier waarop ze worden bespeeld.
De Cadenza, die nog steeds de verbindende factor was, wordt nu vervangen door de Chorus Reference. Wederom is de invloed van een betere interlink duidelijk hoorbaar. De doortekening wordt subtieler, de plaatsing van instrumenten is duidelijker afgebakend, stemmen zijn natuurlijker en bij het saxofoonspel hoor ik de adem van de saxofonist door het instrument gaan. De Chorus is weliswaar ruim twee keer zo duur als de Cadenza, maar dat is hij mijns inziens waard omdat de muziekbeleving intenser en boeiender wordt.

NDX met XP5 XS voeding
Natuurlijk volgt ook hier de upgrade met een betere voeding. Bij de NDX hoort eigenlijk een XPS DR, maar die is gedeserteerd en dus nemen we de XP5 XS. En ja hoor, het effect is direct aanwezig. Ik hoor een prachtige basklarinet die mij trakteert op een volle klank, veel detail en verfijning. Tikken op de bekkens van het drumstel zijn echt tikken; ook als het ritme omhoog gaat, zijn de individuele tikken hoorbaar en verzanden ze niet in ongedefinieerd gesis. Door de subtiele weergave zijn ook “s”-klanken niet scherp of hinderlijk. Vervolgens krijgen we dezelfde muziek te horen in een 24bit/96kHz-opname. De hogere resolutie maakt de muziekweergave nòg realistischer, waardoor bijna een “live”-gevoel ontstaat. De ongelooflijk subtiele detaillering, de dynamiek en de schaal van het stereobeeld maken deze ervaring heel bijzonder.

Sarum luidsprekerkabel
Nu wordt de luidsprekerkabel gewisseld: de Signature mag gaan rusten en de Sarum wordt aangesloten. Ondanks het prijskaartje is de Sarum één van mijn absolute favorieten. Er zijn weinig luidsprekerkabels waar ik met zo veel plezier naar luister. De Signature is een bijzonder goede luidsprekerkabel, maar de Sarum gaat echt een stap verder. De doortekening is perfect, het hoog zijdezacht, de dynamiek heeft een grotere impact, de opname lijkt ineens in een grotere ruimte te hebben plaatsgevonden en het “live”-gevoel dat ik hierboven noemde, wordt versterkt.
Dan krijgen we een opname in 24bit/192kHz-resolutie te horen, gevolgd door CD-resolutie (16bit/44,1kHz). In deze rechtstreekse confrontatie hoor ik pas goed, hoe grof de beperkte CD-resolutie is in vergelijking met de hoge resolutie. Voor muziekliefhebbers is die hogere resolutie toch echt de toekomst. En laten we die doodgecomprimeerde MP3-troep maar snel vergeten, want die narigheid bevindt zich nog drie flinke stappen onder CD-niveau.

NDS en XP5 XS voeding
Intussen is het zwaarste geschut in stelling gebracht: de NDS. Dit is het absolute topmodel netwerkspeler van Naim. Het prijskaartje is van een fors kaliber en daar komt bij, dat er geen voeding in zit. De koper is dus verplicht om tegelijk met de NDS een voeding te kopen. Anders doet-ie niets… Om de integriteit van het muzieksignaal tegen alle mogelijke narigheid te beschermen, heeft Naim besloten dat er geen grote trafo’s en condensatoren in de kast mogen. Dus is een voeding in dit geval geen upgrade, maar een noodzaak. We luisteren eerst naar de NDS met de XP5 XS. Dat werkt prima, want de weergave is van een ongekend hoog niveau. Zelfs met de “kleine” voeding klinkt de NDS beter dan alles wat ik tot nu toe heb gehoord. Ieder spoortje onrust is verdwenen, de weergave is in balans en bijzonder mooi. Met name de stemmen klinken fabelachtig mooi en natuurlijk. Ik hoor niet alleen het stemgeluid, maar ook dat dit stemgeluid uit een mens komt. Een mens met twee longen, een borstkas, een keel en een mond. Dat is misschien het belangrijkste: de NDS klinkt menselijk, natuurlijk. Je zult maar iedere dag naar een NDS “moeten” luisteren… Wat een oorstrelend idee!

Sarum DIN-interlink
Maar we gaan verder: de Chorus Reference interlink wordt vervangen door een Sarum. Het effect hiervan is vergelijkbaar met hetgeen ik heb geconstateerd bij het wisselen van luidsprekerkabel. Alle aspecten, die ik daar heb genoemd, worden door toevoeging van de interlink versterkt. Ongelooflijk, hoe soepel en makkelijk de muziek uit de luidsprekers rolt, hoe gedetailleerd muziekweergave kan zijn. Die Sarum-serie is weliswaar prijzig, maar het is geen gebakken lucht, geen tuinslang met een duur uitziend verguld stekkertje. De Sarum-serie biedt echt muzikale topkwaliteit!

NDS en 555 PS voeding
Voor ik goed en wel gewend ben aan de NDS & XP5 XS & Sarum-bekabeling, volgt het absolute hoogtepunt: de NDS met de 555 PS voeding (en uiteraard de Sarums). Deze voeding is inwendig in twee delen gesplitst, zodat er twee Burndy-kabels nodig zijn om hem aan de NDS te koppelen. Het idee achter deze tweedeling is, dat de digitale en de analoge secties ieder hun eigen voeding hebben. Een prima idee, want het klinkt meer dan fantastisch! Dit is geen digitaal “enen-en-nullen”-verhaal, dit is analoog! Dit is muziek! Tegen een werkelijk inktzwarte achtergrond komt de muziek tot leven op een onnavolgbare manier. Vloeiend, ultra-realistisch, supergedetailleerd, bijna holografisch, zonder ook maar het kleinste spoortje van digitale artefacten en aanverwante narigheid. De stemweergave is perfect, met alle minuscule trillinkjes en emotie die er bij hoort. Een vleugel is een instrument, dat ook wel bekend staat als het martelwerktuig voor audio-apparatuur, want het is heel moeilijk om een vleugel natuurlijk en realistisch weer te geven. De NDS heeft er geen enkele moeite mee; het kippenvel staat op mijn rug en armen. De toetsaanslag is prachtig en subtiel, de tonen zijn natuurlijk, sprekend en boeiend, het decay is echt, de klankkast is van de juiste afmetingen. Maar ook saxofoonspel, waarbij de adem van de bespeler zo’n grote rol speelt, is zo goed dat ik me afvraag of er ooit nog iets verbeterd zou kunnen worden. Brushes op de drums zijn geen sissend achtergrondgeluid, maar hebben hun eigen ritme, hun eigen subtiliteit en klank. Hetzelfde geldt voor de tikken op de bekkens: alsof ik er naast sta.

Nee, ik overdrijf niet. De NDS speelt met CD-resolutie al op een hoger niveau dan andere netwerkspelers met hoge resolutie bereiken. Heel bijzonder. Ondanks het feit, dat ik die NDS/555 PS-combinatie nooit zal kunnen kopen, ben ik blij dat ik er naar heb mogen luisteren. Nog niet zo lang geleden konden we alleen maar dromen van het weergeven van digitale muziekbestanden op zo’n duizelingwekkend hoog kwaliteitsniveau. Wie weet wat er gebeurt wanneer de technologische ontwikkeling voortschrijdt? Zou deze kwaliteit dan ooit beschikbaar komen in het betaalbaardere segment? Dromen, dromen…

Waarin verschilt de opbouw van de drie netwerkspelers?
Dit lijkt een overbodige vraag, maar toch wordt hij volgens Ed regelmatig gesteld. De ND5 XS, de NDX en de NDS hebben op het eerste gezicht veel zaken gemeenschappelijk. Het digitale 24bit/192kHz-gedeelte, de DAC-structuur, de mogelijkheden, enzovoort. Toch zijn er flinke verschillen in weergavekwaliteit (en prijs).
Ten eerste is er natuurlijk de behuizing. De ND5 XS heeft de non-magnetische, resonantie-dempende behuizing van de XS-serie. De NDX heeft de zwaardere behuizing van de Classic-serie, die in alle opzichten een stap verder gaat en door de grotere hoogte meer ruimte biedt voor extra resonantie-dempende maatregelen, zoals een striktere scheiding tussen voeding en andere secties, alsmede een andere bevestiging van de diverse onderdelen. De NDS is van de buitencategorie. Verend opgehangen printplaten, een geheel externe voeding, een zeer strikte scheiding tussen digitale en analoge secties, en ga zo maar door. Voor dit topmodel is alles uit de kast gehaald.
Ten tweede worden in duurdere modellen uiteraard duurdere onderdelen gebruikt op kritische plaatsen. Ook is de wijze, waarop één en ander is opgebouwd, uiteraard verschillen per type/prijsklasse. Eigenlijk is dit zo vanzelfsprekend, dat ik er verder niet op in hoef te gaan.
Ten derde is er de selectie van onderdelen. Alle onderdelen, of het nu om eenvoudige weerstandjes gaat of om complete DAC-chips, zijn onderhevig aan zogeheten productietoleranties. In een ideale wereld zou elk onderdeel 100% moeten presteren. Maar de realiteit ziet er anders uit: het ene onderdeel presteert 97%, het andere onderdeel 102%. Naim heeft dat onderkend en “naimt” daar geen genoegen mee. De oplossing: in de Naim-fabriek is een speciale “Afdeling Muggenzifters” opgericht, waar alle onderdelen worden gecontroleerd op toleranties, afwijkingen van de ideale waarden. En dat levert verrassende inzichten op, die Naim op alle producten toepast. Inmiddels is zonneklaar gebleken, dat de weergavekwaliteit fors kan worden beïnvloed door deze werkwijze. Dus voor de ND5XS worden de onderdelen zorgvuldig geselecteerd en voor de NDX wordt de selectie nogmaals flink aangescherpt. En vanzelfsprekend worden de onderdelen van de NDS aan een extreme selectie onderworpen, wat zich niet alleen uit in de weergavekwaliteit, maar (helaas) ook in de prijs. Zo werkt dat nu eenmaal.

Tenslotte
Na de uitgebreide demonstratie was er gelegenheid om na te praten, vragen te stellen en/of favoriete muziek te beluisteren. De algemene indruk is die van een zeer geslaagde avond, die zeer informatief was en waarbij de aanwezigen tevens werden getrakteerd op fijne muziek. een enkeling had liever een pauze gehad tussen de demonstraties, maar dat was dan ook de enige aanmerking die ik heb gehoord. Persoonlijk heb ik met name de vergelijking tussen de drie netwerkspelers zeer gewaardeerd, alsmede het beluisteren van een geweldenaar als de NDS, die ik niet elke dag tegenkom…
Op deze avond is duidelijk bewezen, dat de weergave van digitale bestanden volwassen is geworden. Waar we in de beginperiode meestal werden afgescheept met kapotgecomprimeerde MP3-bagger, klinkt nu minimaal de CD-resolutie (16bit/44,1kHz). Gelukkig zijn in steeds meer gevallen de hogere resoluties (24bit/96kHz en 24bit/192kHz) beschikbaar, waardoor de muziekliefhebber optimaal kan genieten van al het moois, dat zijn Naim netwerkspeler te bieden heeft. Een glasheldere win-win-situatie, toch?

 

Dit bericht is gepost in Nieuws. Bookmark de link.